Zes stakingsdagen bij de MIVB voor het recht op veiligheid

Na een geval van agressie op zaterdag 7 april legde het personeel van de MIVB in Brussel zes dagen lang het werk neer. Bij de agressie kwam een collega om het leven. Het personeel staakte om het recht op veiligheid van het personeel te verdedigen. Onder druk van de staking en de acties, voorzag de regering bijkomende middelen. Het was beter geweest om die maatregelen te nemen vooraleer er een personeelslid het leven moest laten. Het probleem van agressie en willekeurig geweld tegen het personeel van het openbaar vervoer is algemeen bekend. Er waren al meermaals acties hierrond, zowel bij De Lijn, TEC, MIVB als de NMBS.

Het personeel heeft nu bekomen dat toezichthouders voortaan per twee zullen opereren bij interventies, dat er 50 extra personeelsleden voor de veiligheid komen en dat er steeds een derde interventievoertuig ter beschikking zal zijn. Onze ouders of grootouders herinneren zich nog hoe er vroeger steeds twee personeelsleden op een bus of tram waren, een chauffeur en een kaartjesknipper. De logica van de rendabiliteit heeft daar een einde aan gemaakt. Deze logica gaat regelrecht in tegen de dienstverlening aan de gemeenschap. Het is op basis van dezelfde logica dat er niet langer automatisch een ploeg inzake veiligheid en controle wordt ingezet bij ongevallen met gewonden. Deze dienst werd op 7 april pas verwittigd na de dodelijke agressie. Er zijn in Brussel slechts drie voertuigen om chauffeurs in moeilijkheden ter hulp te schieten. Dat is ruim onvoldoende.

Tijdens de staking werd ook het idee geopperd om de 30 personeelsleden die recent werden aangeworven om tickets te controleren in te zetten als veiligheidsagenten. Daarmee werd ook ingegaan tegen het feit dat de controle op vervoersbewijzen wel wordt opgedreven terwijl andere diensten het met minder personeel moeten stellen. Dit idee werd niet opgenomen door de autoriteiten. Voor de gevestigde partijen kan er geen sprake zijn om de druk op de ‘zwartrijders’ te verminderen, de aanhoudende prijsstijgingen voor de gebruikers moeten immers worden doorgedrukt. De politici en de managers zitten in hun mooie bureau’s te becijferen hoe ze de rendabiliteit kunnen opvoeren en besparingen opleggen. Het personeel op het terrein weet intussen het beste waar er tekorten zijn en wat er nodig is om het werk beter te organiseren. Zij moeten de democratische controle krijgen over de aanwervingen en arbeidsvoorwaarden. Dat is in het belang van het personeel en de reizigers.

De Brusselse regering van Picqué is verantwoordelijk voor 46 miljoen euro besparingen bij de MIVB. Dit betekende aanvallen op de lonen, afbouw van de dienstverlening en een verhoging van de tarieven met gemiddeld 4,5% vanaf februari. Tegelijk werd 43 miljoen euro verspild aan de installatie van nieuwe toegangspoorten. De beloften inzake veiligheid werden niet waargemaakt. MIVB-topman Kris Lauwers verklaarde dat hij de gebruikers wil “uitmelken” door de tarieven op te voeren en de mogelijkheid van goedkopere abonnementen te beperken. Het zijn de gevestigde politici die deze topman de hand boven het hoofd houden, ook al leidt dit beleid tot een ontmanteling van het openbaar vervoer en tot een toename van geweld.

Door het openbaar vervoer gratis te maken en degelijke dienstverlening aan te bieden, zouden heel wat mogelijke spanningen verdwijnen. Hierdoor zou er minder ongenoegen zijn onder de reizigers, wat ook het geweld zou beperken. In februari voerden we met LSP actie tegen de prijsverhogingen bij de MIVB. Onze argumenten werden intussen bevestigd door woordvoerders van de MIVB die stelden dat de prijsverhoging een politieke keuze is om de inkomsten uit vervoersbewijzen op te drijven. In 2010 waren die goed voor 165 miljoen euro, terwijl er jaarlijks een dotatie is van ongeveer 400 miljoen euro.

Naast de specifieke maatregelen bij de MIVB kondigde minister van binnenlandse zaken Milquet aan dat er tegen 2013 400 politieagenten worden aangeworven voor het Brusselse openbaar vervoer en dat er onmiddellijk 70 agenten worden ingezet op het net. Repressie zal het probleem niet stoppen. Er moeten voldoende middelen worden vrijgemaakt voor preventie. Onveiligheid is een reëel dagelijks probleem voor de bevolking. De toename van agressie en van willekeurig geweld is een symptoom van een ziek systeem. De kapitalistische crisis versterkt de armoede en de ongelijkheid nog verder. De Brusselse werkloosheid scheert hoge toppen, meer dan een derde van de jongeren zit zonder werk. Een groeiend deel van de bevolking heeft geen enkele mogelijkheid om een toekomst op te bouwen en bevindt zich in de marge van de samenleving. Een samenleving die niet in staat is om in de behoeften van iedereen te voorzien, zal nooit in staat zijn om de bevolking echte veiligheid te bieden.