NMBS en Infrabel veroordeeld in proces-Buizingen: reactie door een spoorman

Er is een uitspraak in het proces over het treinongeval van Buizingen, een ongeval op 15 februari 2010 waarbij 19 doden en 162 gewonden vielen. De NMBS en Infrabel worden aangeduid als de belangrijkste verantwoordelijken voor het ongeval door hun “gebrek aan vooruitziendheid”. Ze worden elk veroordeeld tot een boete van 550.000 euro. Wat de treinbestuurder betreft, zegt het gerecht dat hij in de fout ging maar wordt nadruk gelegd op de moeilijkheden waarop hij botste. Familieleden van slachtoffers en vakbondsverantwoordelijken reageerden opgelucht.

Door een spoorman

De discussie over spoorveiligheid beperkt zich te vaak tot een discussie over de invoering van remsystemen, die verantwoordelijk zijn voor het tot stilstand brengen van treinen bij menselijke fouten. Hoewel ze cruciaal zijn, is de veiligheid op het spoor een veel breder terrein. Een ongeval is altijd het gevolg van een combinatie van factoren – menselijke fouten, technische fouten, toeval, niet nageleefde procedures, misverstanden. Een antwoord vereist een echte ‘veiligheidscultuur’ en investeringen in de betrouwbaarheid van elk van de factoren. Met name zijn voldoende opleiding, goede arbeidsomstandigheden en grondige reflectie na elk incident noodzakelijk om het risico op menselijke fouten drastisch te verminderen. Een enorme investering in de nieuwste veiligheidstechnologieën, die zowel het spoor als het rollend materieel moeten uitrusten, verhoogt ook de betrouwbaarheid.

Er waren meerdere tragische ongevallen op het Belgische spoorwegnet nodig om de implementatie van de hulpsystemen voor de machinisten serieus te nemen, maar de achterstand werd nooit volledig weg gewerkt. Een moeder van een slachtoffer van het ongeval in Buizingen wees er terecht op dat de juridische conclusies van het ongeval in Pecrot (2001, 8 doden) en dat in Buizingen schandalig gelijklopend zijn: de spoorwegmaatschappijen hebben niet al het mogelijke gedaan om de veiligheid van de passagiers te waarborgen, in tegenstelling tot hun opdracht.

Naar onze mening mag deze strenge veroordeling van de NMBS en Infrabel de politieke verantwoordelijkheid voor deze tragedies niet verhullen. De ‘veiligheidscultuur’ is duur, zowel in termen van menselijke als technische middelen. Er zijn steeds meer besparingen opgelegd, ook al nam het aantal reizigers toe. De toename van het verkeer is een risicofactor die alleen kan worden gecompenseerd door alle veiligheidsfactoren tegelijkertijd te verbeteren. Maar terwijl de behoeften alleen maar zijn toegenomen, zijn de overheidssubsidies afgenomen (zie ons artikel over dit onderwerp).

De laatste besparingen van de regering-Michel en het Europese project voor de liberalisering van de spoorwegen hebben de NMBS en Infrabel onder enorme druk gezet. Spoorwegbazen blijven herhalen dat ‘de productiviteit verder moet stijgen’ en ze willen onderhandelen over verdere hervormingen om de flexibiliteit van het spoorwegpersoneel te vergroten. Terwijl in het verslag van de parlementaire onderzoekscommissie na het ongeval in Buizingen werd aanbevolen om de werkdagen om veiligheidsredenen niet langer dan 8 uur te laten duren, wenst Infrabel nu 12-uursdiensten in de seinhuizen! De voorzitter van deze commissie was de huidige verantwoordelijke minister, François Bellot.

Voor een veilig en efficiënt openbaar vervoer per spoor moeten personeelsleden en gebruikers van het spoor een grootscheeps investeringsplan van de overheid eisen, dat in het algemeen belang en niet met het oog op de rentabiliteit wordt ontwikkeld.