Hoe staat het met de pensioenhervorming? Wanneer legt de leiding van de verschillende spoorbonden de resultaten ter stemming voor aan haar basis?
Op 23 december 2011 ramde de regering de pensioenhervorming door het parlement. We kunnen deze hervorming samenvatten als ‘langer werken voor een kleiner pensioen’. De vakbonden werden genomen in snelheid. Zodra duidelijk werd wat de regering zinnens was, werd door spoorbonden nog een stakingsaanzegging ingediend voor 22 december 2011. De woede was enorm en op verschillende plaatsen al werd vanaf 20 december ‘spontaan’ het werk neergelegd. Na de staking werd de wet alsnog gestemd. Er volgde een periode van onderhandelingen. Op 30 januari 2012 werd opnieuw gestaakt. In de maanden erna onderhandelden de bonden verder met de Minister, toen nog Van Quickenborne.
Non-akkoord door niet-handelen vakbonden
Uiteindelijk kwam het tot een ‘non-akkoord’: geen van de vakbonden ging akkoord. Toch werd de pensioenhervorming afgezwakt. Voor het rijdend personeel blijft het mogelijk om na 30 jaar rollende dienst op de leeftijd van 55 jaar op pensioen te gaan. Voor het sedentair personeel wordt de minimum leeftijd opgetrokken van 60 naar 62 jaar. Een deel van het personeel ontsnapt wel aan de nieuwe regeling. Voor degenen die op 1 januari 2012 de leeftijd van 50 jaar bereikten, blijft de oude regeling gelden. Er zijn bovendien verschillende overgangsmaatregelen en uitzonderingen voor bijvoorbeeld de lange loopbanen die maken dat een aanzienlijk deel van het huidige personeel de dans ontspringt. Het sedentaire personeel onder de vijftig en de toekomstige generaties betalen het gelag. Zij zullen langer moeten werken voor een lager pensioen. Wat betreft de pensioenberekening was het initieel de bedoeling het gemiddelde loon van de laatste tien jaar als basis te nemen i.p.v. het laatste loon (dat je wel minstens een jaar gehad moest hebben). Dit werd afgezwakt naar het gemiddelde van de laatste vier jaar. Maar hoe je het ook draait of keert, het blijft een zware inlevering. In tijden waarin steeds vaker de schandalen opduiken van één toplaag die zich legaal of illegaal verrijkt op kap van gans de rest van de bevolking, moeten we nog steeds het eerste zinnige argument horen waarom wij zouden moeten opdraaien voor de gevolgen van deze crisis.
Deze afzwakking van de pensioenhervorming werd op 22 december 2012 gepubliceerd in het Staatsblad. Wetswijzigingen drongen zich na de ‘haast en spoed’ van eind 2011 hoe dan ook op.
Zullen de vakbonden blijven zwijgen?
Aan vakbondszijde bleef het tot nu toe opvallend stil over de pensioenhervorming. De basis besloot eind 2011 over te gaan tot acties. De vakbondsleiding verschuilt zich vandaag achter het feit dat er geen akkoord is. Dat klopt formeel natuurlijk. Maar het zogenaamde ‘non-akkoord’ is wel het (voorlopige) resultaat van de acties en het overleg. Het is niet meer dan logisch dat de resultaten opnieuw worden voorgelegd aan de basis. Het is aan de vakbondsbasis om uit te maken of er genoegen wordt genomen met dit resultaat.
Libre Parcours kan niet ontkennen dat de pensioenhervorming ferm werd afgezwakt. Maar het is en blijft een inlevering. Een aanzienlijk deel van het personeel zal langer moeten werken, en dan vooral de jongeren en de toekomstige generaties spoormannen. Bovendien voor kleinere pensioenen. Als we zien wat het resultaat is na twee 24h stakingen is het duidelijk dat het mogelijk is de regering volledig op de knieën te krijgen. Opmerkelijk is ook dat de regering het nodig vond journalisten en politie te ontzien. De eersten moesten de hervorming natuurlijk verkocht krijgen in de pers. De rol van de laatsten is ook duidelijk.
De concrete uitwerking van de pensioenhervorming neemt hallucinante vormen aan. Ondertussen hebben we weet van 18 gepensioneerden van wie de pensionering werd ingeroepen. Ze moeten terug komen werken. Allen hebben ze een zogenaamde ‘gemengde’ loopbaan. Per gewerkt jaar in rollende dienst konden ze twee maanden vroeger op pensioen gaan (dan op de voorziene 60 jaar). De afschaffing van de regel zou niet in de wet zelf staan, maar wel als voorbeeld in de memorie van toelichting. De regel zou van kracht blijven voor diegenen die nog deel uitmaken van het rollend personeel op het moment dat ze hun pensioen aanvragen. Op het moment dat de betrokkenen de keuze maakten om over te gaan naar het sedentair personeel zouden de gepresteerde jaren in rekening gebracht worden. Nu wordt dit dus met terugwerkende kracht ongedaan gemaakt. De spelregels worden dus in de loop van het spel veranderd. Collega’s die de keuze maakten over te gaan naar het sedentair personeel kunnen de klok wel niet terugdraaien. Voor wie om medische redenen werd gereclasseerd en hierdoor overging naar het sedentair personeel wijzigt er momenteel niks.
De Croo liegt en doet NMBS-personeel af als gewiekste profiteurs
De reactie van het kabinet De Croo slaat nergens op. De regeling zou zogezegd geschrapt zijn om te vermijden dat al het spoorwegpersoneel even op de trein ‘gezet wordt’ om de pensioenwetgeving te omzeilen. Dat is dikke zever. Je zet niet zomaar iemand even op de trein. Laat staan al het sedentaire personeel, dat is zo’n 30000 man. De opleiding van een treinbegeleider duurt vijf maanden en die van een treinbestuurder minstens een jaar. Dan spreken we nog niet over bijkomende opleidingen materieel- en lijnkennis. Bovendien ontsnap je niet aan de pensioenhervorming door ‘even’ in de rolllende dienst te zitten. Met een jaar dienst kon je maar twee maanden vroeger op pensioen. Het voorbeeld in De Standaard spreekt van ruim drie jaar langer komen werken. Dat wil zeggen dat die collega ruim 18 jaar rollende dienst achter de kiezen heeft. Tot zover ‘even op de trein zetten’. De Croo heeft duidelijk een ander tijdsgevoel.
De NMBS beloofde tussen te zullen komen bij haar voogdijminister Labille om voor de 18 alsnog een uitzondering te bekomen bij De Croo.
Hij lijkt hier niet toe bereid. Het kabinet De Croo stelt dat er geen pensioen betaald kan worden omdat de betrokkenen volgens de nieuwe wetgeving niet pensioengerechtigd zijn. Ze suggereert de NMBS een interne oplossing te zoeken. Voor de betrokkenen zou het een oplossing kunnen zijn als ze betaald thuis mogen blijven. Maar dat is een individuele oplossing. De wijziging moet ongedaan gemaakt worden. Gepresteerde jaren rollende dienst moeten in rekening gebracht worden.
ACOD Spoor schrijft in een persbericht dat er beloofd werd dat de regels voor het rijdend personeel ongewijzigd zouden blijven. Dit wordt niet nagekomen. De Holding is niet in staat de datum van de pensionering te bepalen. Op de Nationale Paritaire Commissie van 27 maart en op een overleg met het kabinet van Labille op 29 maart eiste ACOD Spoor een overgangsmaatregel voor zij die kozen over te gaan naar het sedentair personeel voor de hervorming gepubliceerd werd. Bovendien eist ACOD Spoor een definitieve maatregel voor diegenen die om medische redenen gedeclasseerd werden. Maar wat dan met diegenen die in de toekomst verkiezen over te gaan naar sedentaire dienst? Moeten hun ‘rollende’ jaren dan niet in rekening gebracht worden?